Sommige mensen denken wel eens dat ik altijd gelukkig ben, of dat dingen mij een stuk minder raken omdat ik al die kennis heb, omdat ik zo’n berg zelfliefde bezit en al zoveel werk heb gedaan.
En ja, ik ben heel vaak gelukkig. Dingen raken mij over het algemeen ook minder. Maar tegelijkertijd ben ik net zoveel mens als ieder ander.
Pijn, teleurstelling en verdriet zijn ook onderdeel van mijn leven.
Ook ik word in de steek gelaten. Niet fair behandeld. Afgewezen.
Die pijn van het afgewezen worden is bij mij niet minder omdat ik zelfliefde heb.
Het enige verschil is dat ik niet bang ben voor pijn, de tools heb om ermee om te gaan en dat ik elke keer weer opnieuw besluit om die tools daadwerkelijk te gebruiken en te kiezen voor de moeilijke weg.
Te kiezen voor groei en heling.
Op het moment dat ik deze blog schrijf heb ik een lastige week achter de rug.
Een gebeurtenis in het nu waar ik redelijk goed mee om wist te gaan triggerde oude (nog niet helemaal verwerkte) trauma’s.
Op zo’n moment ben je niet alleen dit moment aan het verwerken maar ook de trauma’s van vroeger die je doen herinneren hieraan. Dat is waarom situaties soms zo hevig kunnen voelen, emoties intens zijn en sommige gebeurtenissen je veel langer bezig houden. Je bent ook nog het verleden aan het verwerken.
Dat was wat er bij mij gebeurde.
En als gevolg daarvan voelde ik me leeg. Ontzettend leeg.
Het gat in mijn binnenste voelde op sommige momenten zó gapend dat het me niet lukte om er doorheen te ademen.
Het meisje in mij schreeuwde om mijn hulp, om troost, om comfort, om begeleiding om deze pijn te kunnen dragen, en mijn eerste gedachte als volwassene was: hoe kom ik hier zo snel mogelijk vanaf? Hoe kan dit zo ondragelijk voelen?
Het is jaren geleden dat ik in zulke diepe pijn was.
Ik kon me niet eens meer echt herinneren hoe het voelde om bijna niet te kunnen ademen, alsof een deel van mezelf geamputeerd was.
Nu weet ik het weer.
Het maakte me nederig.
Oja, ook ik ben gewoon maar een mens.
En oja, ik heb dit gevoel jarenlang gehad.
Ik wilde het toen alleen niet voelen, en daarom was ik de hele dag druk met afleiding zoeken. In eten, werken, liefde.
Mijn innerlijke kind kende geen grenzen en ik nam als volwassene geen verantwoordelijkheid voor haar pijn.
Dat doe ik nu wel.
Op dagen als deze ben ik lief voor mezelf. Doe ik het rustiger aan. Ga ik de natuur in om te wandelen, zit ik met de pijn, laat ik me verwarmen door het zonnetje, ga ik in het park zitten met een boek. Ik doe elke dag yoga, slaap extra lang, let nog beter op mijn voeding. Het werkt voor mij verzachtend om me te omringen met mensen wanneer ik me zo voel, maar toch op mezelf te zijn. Daarom ga ik vaak ergens koffie drinken, zitten lezen. Ik ben zo niet écht alleen.
Wanneer ik pijn heb denk ik nooit verder dan vandaag. Aan het einde van de dag zeg ik iets liefs tegen mezelf en bedank ik mezelf voor mijn veerkracht en het feit dat ik deze dag heb overleefd. Morgen is morgen.
Ook praat ik vrijwel de hele dag tegen het kleine meisje in mezelf. Ik sleep haar foto met me mee als reminder aan mezelf dat ik verantwoordelijk ben voor haar, dat ik lief voor haar en mezelf mag zijn. Haar lieve gezichtje doet me herinneren aan onze waardigheid. Wat mensen ook doen, wie ons ook in de steek laat: we hoeven het niet persoonlijk te nemen.
Op mezelf betrekken is iets wat ik allang niet meer doe. Ik kan heel goed zien en beseffen dat het overgrote deel van wat mensen doen niks met mij te maken heeft en niks zegt over mij of mijn waarde. Maar mijn kleine meisje heeft niks met ratio. Haar moet ik daarom eindeloos blijven vertellen dat ze deze afwijzing niet persoonlijk hoeft te nemen. Dat ze nog steeds goed genoeg is. Dat ik nog steeds van haar hou. Dat niet iedereen ons leuk vindt en dat dat ook oké is. Dat ik haar bescherm en er voor haar ben.
En dat doe ik met liefde. De hele dag door.
Wanneer de pijn na een paar dagen minder wordt, mijn binnenste minder hol en leeg voelt, pak ik mijn journal erbij en besluit ik redelijk spontaan te gaan schrijven over de ervaring.
Ik kan me in gekwetstheid en wrok verliezen, maar wat ik fijner vind om te doen is me richten op het positieve, op de lessen, mijn aandacht richten op hoe het leven voor me werkt. Ik bedenk me wat deze persoon mij geleerd heeft over mezelf en het leven, en waar ik diegene dankbaar voor ben.
Wanneer ik klaar ben met schrijven is de leegte volledig verdwenen.
Ik voel me rustig, heel, geliefd, gegrond, kalm.
Ik heb mijn kracht teruggenomen.
Met een glimlach lees ik wat ik heb opgeschreven.
Ik had deze lessen niet willen missen. Ik had deze ervaring niet willen missen.
Foto: Unsplash
Sommige mensen denken wel eens dat ik altijd gelukkig ben, of dat dingen mij een stuk minder raken omdat ik al die kennis heb, omdat ik zo’n berg zelfliefde bezit en al zoveel werk heb gedaan.
En ja, ik ben heel vaak gelukkig. Dingen raken mij over het algemeen ook minder. Maar tegelijkertijd ben ik net zoveel mens als ieder ander.
Pijn, teleurstelling en verdriet zijn ook onderdeel van mijn leven.
Ook ik word in de steek gelaten. Niet fair behandeld. Afgewezen.
Die pijn van het afgewezen worden is bij mij niet minder omdat ik zelfliefde heb.
Het enige verschil is dat ik niet bang ben voor pijn, de tools heb om ermee om te gaan en dat ik elke keer weer opnieuw besluit om die tools daadwerkelijk te gebruiken en te kiezen voor de moeilijke weg.
Te kiezen voor groei en heling.
Op het moment dat ik deze blog schrijf heb ik een lastige week achter de rug.
Een gebeurtenis in het nu waar ik redelijk goed mee om wist te gaan triggerde oude (nog niet helemaal verwerkte) trauma’s.
Op zo’n moment ben je niet alleen dit moment aan het verwerken maar ook de trauma’s van vroeger die je doen herinneren hieraan. Dat is waarom situaties soms zo hevig kunnen voelen, emoties intens zijn en sommige gebeurtenissen je veel langer bezig houden. Je bent ook nog het verleden aan het verwerken.
Dat was wat er bij mij gebeurde.
En als gevolg daarvan voelde ik me leeg. Ontzettend leeg.
Het gat in mijn binnenste voelde op sommige momenten zó gapend dat het me niet lukte om er doorheen te ademen.
Het meisje in mij schreeuwde om mijn hulp, om troost, om comfort, om begeleiding om deze pijn te kunnen dragen, en mijn eerste gedachte als volwassene was: hoe kom ik hier zo snel mogelijk vanaf? Hoe kan dit zo ondragelijk voelen?
Het is jaren geleden dat ik in zulke diepe pijn was.
Ik kon me niet eens meer echt herinneren hoe het voelde om bijna niet te kunnen ademen, alsof een deel van mezelf geamputeerd was.
Nu weet ik het weer.
Het maakte me nederig.
Oja, ook ik ben gewoon maar een mens.
En oja, ik heb dit gevoel jarenlang gehad.
Ik wilde het toen alleen niet voelen, en daarom was ik de hele dag druk met afleiding zoeken. In eten, werken, liefde.
Mijn innerlijke kind kende geen grenzen en ik nam als volwassene geen verantwoordelijkheid voor haar pijn.
Dat doe ik nu wel.
Op dagen als deze ben ik lief voor mezelf. Doe ik het rustiger aan. Ga ik de natuur in om te wandelen, zit ik met de pijn, laat ik me verwarmen door het zonnetje, ga ik in het park zitten met een boek. Ik doe elke dag yoga, slaap extra lang, let nog beter op mijn voeding. Het werkt voor mij verzachtend om me te omringen met mensen wanneer ik me zo voel, maar toch op mezelf te zijn. Daarom ga ik vaak ergens koffie drinken, zitten lezen. Ik ben zo niet écht alleen.
Wanneer ik pijn heb denk ik nooit verder dan vandaag. Aan het einde van de dag zeg ik iets liefs tegen mezelf en bedank ik mezelf voor mijn veerkracht en het feit dat ik deze dag heb overleefd. Morgen is morgen.
Ook praat ik vrijwel de hele dag tegen het kleine meisje in mezelf. Ik sleep haar foto met me mee als reminder aan mezelf dat ik verantwoordelijk ben voor haar, dat ik lief voor haar en mezelf mag zijn. Haar lieve gezichtje doet me herinneren aan onze waardigheid. Wat mensen ook doen, wie ons ook in de steek laat: we hoeven het niet persoonlijk te nemen.
Op mezelf betrekken is iets wat ik allang niet meer doe. Ik kan heel goed zien en beseffen dat het overgrote deel van wat mensen doen niks met mij te maken heeft en niks zegt over mij of mijn waarde. Maar mijn kleine meisje heeft niks met ratio. Haar moet ik daarom eindeloos blijven vertellen dat ze deze afwijzing niet persoonlijk hoeft te nemen. Dat ze nog steeds goed genoeg is. Dat ik nog steeds van haar hou. Dat niet iedereen ons leuk vindt en dat dat ook oké is. Dat ik haar bescherm en er voor haar ben.
En dat doe ik met liefde. De hele dag door.
Wanneer de pijn na een paar dagen minder wordt, mijn binnenste minder hol en leeg voelt, pak ik mijn journal erbij en besluit ik redelijk spontaan te gaan schrijven over de ervaring.
Ik kan me in gekwetstheid en wrok verliezen, maar wat ik fijner vind om te doen is me richten op het positieve, op de lessen, mijn aandacht richten op hoe het leven voor me werkt. Ik bedenk me wat deze persoon mij geleerd heeft over mezelf en het leven, en waar ik diegene dankbaar voor ben.
Wanneer ik klaar ben met schrijven is de leegte volledig verdwenen.
Ik voel me rustig, heel, geliefd, gegrond, kalm.
Ik heb mijn kracht teruggenomen.
Met een glimlach lees ik wat ik heb opgeschreven.
Ik had deze lessen niet willen missen. Ik had deze ervaring niet willen missen.
Foto: Unsplash
+ show Comments
- Hide Comments
add a comment