Wanneer mensen met het innerlijk kind werk starten voelen ze zich vaak enorm bezwaard om zichzelf getraumatiseerd te noemen. De meeste mensen denken bij het woord trauma namelijk nog steeds vooral heel ‘groot’. Misbruik, mishandeling, een ongeluk, oorlog, een natuurramp. In deze blog leg ik je uit wat er allemaal onder trauma verstaan wordt, welke verschillende vormen er zijn, en deel ik nog wat weetjes.
De betekenis van trauma
Decennia geleden werd er met trauma inderdaad vaak fysiek of seksueel misbruik bedoeld, een ongeluk, oorlog. Grote en hevige gebeurtenissen of periodes die blijvende impact op je welzijn, gezondheid en leven hebben. De laatste 10 jaar is er ontzettend veel research gedaan en zijn onderzoekers erachter gekomen dat ook ‘minder hevige’ of soms relatief onschuldige gebeurtenissen en ervaringen wel degelijk (langdurig) impact hebben. De definitie van trauma is door de jaren heen daarom een stuk breder geworden. Onder trauma kun je verstaan: alles wat je (als kind) als pijnlijk of verdrietig ervaren hebt en in die tijd niet kon verwerken. Elke negatieve ervaring of gebeurtenis die jou gevormd heeft en invloed heeft op hoe je nu in de wereld staat. Alles dat emotionele of fysieke pijn veroorzaakt en een litteken achterlaat. Wanneer je naar deze betekenissen kijkt snap je denk ik wel dat je jezelf absoluut niet bezwaard hoeft te voelen om jezelf getraumatiseerd te noemen. Volgens deze begrippen is iedereen getraumatiseerd.
Acuut en chronisch trauma
Je kunt trauma globaal onderverdelen in 2 vormen (er zijn er meerdere hoor!): acuut en chronisch trauma. Acuut trauma is een eenmalige gebeurtenis. Acuut trauma zorgt voor angst, een gevoel van kwetsbaarheid en je hulpeloos voelen. Wanneer je over een langere periode te maken hebt met beschadigende situaties of mensen is er sprake van chronisch trauma. Misbruik is chronisch trauma, verlating, verwaarlozing, racisme, oorlog. De algemene uitwerkingen van chronisch trauma zijn onder andere zelftwijfel, schaamte, angst, hopeloosheid, onzekerheid en negatief denken.
Dit is ook allemaal trauma
Trauma is dus die grote en bepalende gebeurtenis in je leven die je voor altijd met je meedraagt, dat ongeluk, toeschouwer zijn van een vreselijke gebeurtenis, een onverwachte operatie, het (onverwachte) verlies van iemand, eigenlijk alle gebeurtenissen en voorvallen die je hulpeloos en angstig doen voelen, maar trauma is ook:
– Wanneer je in je kindertijd niet kon zijn wie je bent, wanneer je opvoeders je niet echt hebben gezien en gehoord of duidelijk maakten dat ze liever wilden dat je ‘anders’ was.
– Wanneer je iemand anders moest zijn om liefde en aandacht te ontvangen en geaccepteerd te worden.
– Als je thuissituatie onstabiel was, je je regelmatig niet veilig voelde thuis en je vaak niet wist waar je aan toe was.
– Alle gebeurtenissen en ervaringen die jou minderwaardig lieten voelen. Die keer dat je als kind door de hele klas werd uitgelachen. Of toen je vader of moeder duidelijk maakte dat iets van jou (gedrag/voorkeuren/behoeften) er niet mocht zijn.
– Wanneer je opvoeders niet in al je behoeften hebben kunnen voorzien, je geen liefde en warmte hebben gegeven bijvoorbeeld, er emotioneel niet voor je konden zijn, nooit tegen je hebben gezegd dat ze van je houden.
– Wanneer je niet echt kind hebt kunnen zijn, je moest zorgen voor een van je opvoeders of voor je broertjes of zusjes.
– Wanneer je opvoeders er niet voor je waren/konden zijn toen je als kind door een moeilijke tijd heen ging.
– Wanneer een van je opvoeders lichamelijk of geestelijk ziek was en je je verantwoordelijk voelde voor zijn/haar geluk en welzijn.
– De scheiding van je opvoeders.
– Wanneer je verlaten bent door een van je opvoeders, een van je opvoeders geen bepalende rol heeft gespeeld in je leven.
– Een (onverwachte) operatie of medische behandeling die blijvende impact heeft gehad.
– Het verlies van een opa of oma, of een ander belangrijk persoon in je leven als kind.
Foto: Unsplash
Wanneer mensen met het innerlijk kind werk starten voelen ze zich vaak enorm bezwaard om zichzelf getraumatiseerd te noemen. De meeste mensen denken bij het woord trauma namelijk nog steeds vooral heel ‘groot’. Misbruik, mishandeling, een ongeluk, oorlog, een natuurramp. In deze blog leg ik je uit wat er allemaal onder trauma verstaan wordt, welke verschillende vormen er zijn, en deel ik nog wat weetjes.
De betekenis van trauma
Decennia geleden werd er met trauma inderdaad vaak fysiek of seksueel misbruik bedoeld, een ongeluk, oorlog. Grote en hevige gebeurtenissen of periodes die blijvende impact op je welzijn, gezondheid en leven hebben. De laatste 10 jaar is er ontzettend veel research gedaan en zijn onderzoekers erachter gekomen dat ook ‘minder hevige’ of soms relatief onschuldige gebeurtenissen en ervaringen wel degelijk (langdurig) impact hebben. De definitie van trauma is door de jaren heen daarom een stuk breder geworden. Onder trauma kun je verstaan: alles wat je (als kind) als pijnlijk of verdrietig ervaren hebt en in die tijd niet kon verwerken. Elke negatieve ervaring of gebeurtenis die jou gevormd heeft en invloed heeft op hoe je nu in de wereld staat. Alles dat emotionele of fysieke pijn veroorzaakt en een litteken achterlaat. Wanneer je naar deze betekenissen kijkt snap je denk ik wel dat je jezelf absoluut niet bezwaard hoeft te voelen om jezelf getraumatiseerd te noemen. Volgens deze begrippen is iedereen getraumatiseerd.
Acuut en chronisch trauma
Je kunt trauma globaal onderverdelen in 2 vormen (er zijn er meerdere hoor!): acuut en chronisch trauma. Acuut trauma is een eenmalige gebeurtenis. Acuut trauma zorgt voor angst, een gevoel van kwetsbaarheid en je hulpeloos voelen. Wanneer je over een langere periode te maken hebt met beschadigende situaties of mensen is er sprake van chronisch trauma. Misbruik is chronisch trauma, verlating, verwaarlozing, racisme, oorlog. De algemene uitwerkingen van chronisch trauma zijn onder andere zelftwijfel, schaamte, angst, hopeloosheid, onzekerheid en negatief denken.
Dit is ook allemaal trauma
Trauma is dus die grote en bepalende gebeurtenis in je leven die je voor altijd met je meedraagt, dat ongeluk, toeschouwer zijn van een vreselijke gebeurtenis, een onverwachte operatie, het (onverwachte) verlies van iemand, eigenlijk alle gebeurtenissen en voorvallen die je hulpeloos en angstig doen voelen, maar trauma is ook:
– Wanneer je in je kindertijd niet kon zijn wie je bent, wanneer je opvoeders je niet echt hebben gezien en gehoord of duidelijk maakten dat ze liever wilden dat je ‘anders’ was.
– Wanneer je iemand anders moest zijn om liefde en aandacht te ontvangen en geaccepteerd te worden.
– Als je thuissituatie onstabiel was, je je regelmatig niet veilig voelde thuis en je vaak niet wist waar je aan toe was.
– Alle gebeurtenissen en ervaringen die jou minderwaardig lieten voelen. Die keer dat je als kind door de hele klas werd uitgelachen. Of toen je vader of moeder duidelijk maakte dat iets van jou (gedrag/voorkeuren/behoeften) er niet mocht zijn.
– Wanneer je opvoeders niet in al je behoeften hebben kunnen voorzien, je geen liefde en warmte hebben gegeven bijvoorbeeld, er emotioneel niet voor je konden zijn, nooit tegen je hebben gezegd dat ze van je houden.
– Wanneer je niet echt kind hebt kunnen zijn, je moest zorgen voor een van je opvoeders of voor je broertjes of zusjes.
– Wanneer je opvoeders er niet voor je waren/konden zijn toen je als kind door een moeilijke tijd heen ging.
– Wanneer een van je opvoeders lichamelijk of geestelijk ziek was en je je verantwoordelijk voelde voor zijn/haar geluk en welzijn.
– De scheiding van je opvoeders.
– Wanneer je verlaten bent door een van je opvoeders, een van je opvoeders geen bepalende rol heeft gespeeld in je leven.
– Een (onverwachte) operatie of medische behandeling die blijvende impact heeft gehad.
– Het verlies van een opa of oma, of een ander belangrijk persoon in je leven als kind.
Foto: Unsplash
+ show Comments
- Hide Comments
add a comment